arbo, we hebben alles op orde… toch?

Het is inmiddels na 1 juli 2018 en het overgangsjaar van de nieuwe arbowet is daarmee voorbij. Alle organisaties in Nederland moeten nu dus aan de nieuwe eisen van de arbowet voldoen. En? Is dat ook in jullie organisatie goed geregeld? Even kort de zaken op een rij.

De werkgever moet zorgen voor goede arbeidsomstandigheden op de werkplek. Daarvoor moet hij gebruik maken van arbo-deskundigen veelal werkzaam biij een arbodienst. In sommige situaties kan een werkgever zelf bepalen wie de organisatie ondersteunt bij de uitvoering van de taken van de Arbowet (maatwerkregeling), maar dat kan alleen na overeenstemming met de medezeggenschap (OR, PVT). Er moet minstens worden samengewerkt met een bedrijfsarts, waarmee een contract moet zijn afgesloten voor bijstand bij verzuimbegeleiding, aanstellingskeuring en voor het periodiek algemeen gezondheidsonderzoek (PAGO).

Het contract met de arbodienstverlener moet op 1 juli 2018 op orde zijn en aan de volgende verplichtingen voldoen om boetes te voorkomen:

  • Werknemers moeten de bedrijfsarts kunnen consulteren i.v.m. gezondheidskundige vragen naast de al bestaande consultatie bij verzuimbegeleiding;
  • Medewerkers krijgen een doeltreffende toegang tot de bedrijfsarts voor gezondheidsvragen in relatie tot het werk:

    • De werknemer heeft weet van de faciliteiten,
    • er zijn geen onnodige drempels wat betreft plaats en tijdstip van het consult en
    • de werkgever wordt niet geïnformeerd over het consult, de aanleiding noch de uitkomsten van het consult op tot personen herleidbaar niveau;
  • De bedrijfsarts krijgt de gelegenheid iedere arbeidsplaats in het bedrijf te bezoeken;
  • De werknemer krijgt het recht op een second opinion (het raadplegen van een tweede bedrijfsarts) bij de ziekteverzuimbegeleiding, het PAGO, de aanstellingskeuring en de gezondheidskundige consultatie;
  • De bedrijfsarts moet beschikken over een adequate klachtenregeling;
  • Alle arbodienstverleners (dus niet alleen de bedrijfsarts) werken nauw samen met, en adviseren aan de preventiemedewerker, de OR en/of de PVT (of bij het ontbreken daarvan de belanghebbende werknemers) van de werkgever;
  • Alle taken die een werkgever moet afnemen van een bedrijfsarts/arbodienst moeten contractueel zijn vastgelegd.

De bedrijfsarts kan zélf ook een boete krijgen als hij/zij zich niet houdt aan het mogelijk maken van de second opinion en hij/zij niet beschikt over een klachtenregeling. Bedrijfsartsen en andere arbodienstverleners kunnen tevens een boete krijgen indien men niet adviseert aan en samenwerkt met de preventiemedewerker en de OR/PVT en men het advies van de arbodienstverlener m.b.t. het toetsen van de RI&E niet doorzendt aan de OR/PVT.

De preventiemedewerker
De werkgever heeft de instemming nodig van de OR/PVT bij zowel de keuze van de persoon van de preventiemedewerker als de positionering van de preventiemedewerker in de organisatie en elk bedrijf heeft minstens een preventiemedewerker. De preventiemedewerker krijgt ook als taak om te adviseren aan en samen te werken met de bedrijfsarts en de andere arbodienstverleners.

Instemmingsrecht OR
De OR heeft instemmingsrecht als het gaat om het aanpassen van het contract met de arbodienstverlener, de keuze van de arbodienstverlener en de inhoud van het basiscontract. Voor de OR waren de aanpassingen vast een belangrijk bespreekpunt in het afgelopen jaar. Ja toch? Zo niet dan is het toch nog even zaak om de zaken te checken. Het gaat immers om de gezondheid van medewerkers.

Bron: arboportaal
 

Schuiven naar boven