Verkiezing Dagelijks Bestuur van de OR: nominatie of kandidaatstelling?

erkiezing Dagelijks Bestuur van de OR:
nominatie of kandidaatstelling?

Het DB is het boegbeeld van de OR en een goed functionerend DB is cruciaal voor de effectiviteit van de OR. De keuze van de OR-voorzitter en –secretaris is dus een serieuze zaak! Maar hoe maak je als OR de juiste keuze?

Ik raad OR’en aan om niet direct na de verkiezingen over te gaan tot de benoeming van het DB. De OR-leden moeten eerst een goed beeld krijgen van de competenties en minder sterke punten van de kandidaten. Wijs een voorlopig DB aan en ga over tot een definitieve keuze nadat de leden elkaar beter hebben leren kennen.

Als de definitieve DB-verkiezing dan gehouden gaat worden, geef ik er de voorkeur aan dat de leden iemand nomineren voor een bepaalde rol in plaats van dat een OR-lid zichzelf voordraagt. Het verschil is subtiel, maar heeft wel een behoorlijke impact.

Enkele gedachten die hierbij spelen

Nominatie laat verantwoordelijkheid bij OR-leden om uit hun midden iemand voor te dragen. Door het voordragen worden zij meer betrokken en (mede)verantwoordelijk voor het welslagen van de persoon.
Bij kandidaatstelling geeft de persoon aan het wel te willen en ook te denken over de benodigde vaardigheden te beschikken. Prima dat iemand hier zin in heeft en ook enige overtuiging over het eigen kunnen is niet persé negatief. Maar daarmee is nog niet aangetoond of de persoon ook daadwerkelijk geschikt is. Naast positieve motieven bestaat er ook het risico van overschatting, haantjesgedrag, eigenbelang, promotiekansen, etc. Ook kan onderweg het idee ontstaan dat iemand anders toch beter geschikt was of dat er andere motieven dan het belang van de OR een rol zijn gaan spelen. Dan heb je als OR echt een probleem.
Als er sprake is van onderlinge kampen of verdeeldheid, verdient ‘nominatie’ de voorkeur om transparantie te bevorderen en eventuele conflicten op de langere termijn zoveel mogelijk in de kiem te smoren. Op het moment dat iemand zich kandidaat stelt ontstaat er al snel een kansberekening. Potentiële andere kandidaten kunnen gaan twijfelen en vervolgens besluiten zich maar niet kandidaat te stellen. Bij kandidaatstelling neem je als persoon in belangrijke mate zelf de verantwoordelijkheid voor het welslagen van de missie. Andere OR-leden kunnen dan gemakkelijk achteruit gaan zitten en nemen dan een meer afwachtende houding aan of de persoon gaat slagen dan wel onderuit gaat. ‘’Laat maar zien wat je kunt. Jij wilde toch zo graag’’ lijkt dan het motto.
Bij nominatie worden leden uitgenodigd om de OR te gaan leiden. Het initiatief ligt nu bij de OR-leden om aan te geven wie volgens hen het meest geschikt is om de klus te klaren en deze daartoe uit te nodigen (nomineren). Het is aan de genomineerde om (uiteindelijk) te besluiten het al dan niet te doen, maar het gaat nu in eerste instantie om te inventariseren wat de OR nodig heeft en niet of iemand dat wil. Daarbij is het aan de kandidaat om aan te geven wat hij/zij nodig heeft om de rol op zich te nemen en hier condities voor te stellen. Bij verdeeldheid zal dan bijvoorbeeld aan de orde kunnen worden gesteld dat het welslagen ook van de anderen afhangt en dat hij op zijn minst het voordeel van de twijfel moet krijgen van de criticasters.


Spelregels

Bij nominatie gelden de volgende spelregels:

In de eerste ronde kan iedereen iemand schriftelijk nomineren (geef geen inzicht in hoe vaak iemand is genomineerd, maar alleen dát hij is genomineerd.)
Vraag naar een toelichting van de genomineerde en bevraag de persoon of hij die de rol eventueel zou accepteren. Ga nog niet akkoord met een weigering (dat zal later wel blijken als ieder zich heeft kunnen uitspreken!) Vraag naar de condities die eventueel nodig zijn om deze taak goed te kunnen verrichten en welke condities hij daarvoor stelt?
Laat de anderen vragen stellen aan de kandidaat om een beter beeld te krijgen wat hij wel en niet kan. Geef alle kandidaten evenveel tijd. Voorkom doorzagen om kandidatuur te ondermijnen.
Laat bij de stemmers volstrekt duidelijk zijn dat de OR-leden er alle belang bij hebben om die kandidaat te kiezen die naar hun oordeel het beste aan het profiel voldoet (= dat wat deze OR nodig heeft in de huidige situatie en welke klus te klaren valt).
Houdt nu een stemming (schriftelijk). Overweeg om meer stemmen te laten uitbrengen als er veel genomineerden hebben aangegeven te zullen weigeren. Houd het aantal beperkt (bijv. 2 – 3 namen), maar zorg ervoor dat iedereen evenveel stemmen uitbrengt!
Uitslag: vraag of gekozene de rol accepteert. De OR heeft immers uitgesproken te geloven dat deze persoon het beste de rol kan vervullen. Zo nee, mogelijk herstemming dan wel bedenktijd (kort).
Mocht het allemaal toch niet goed lopen met de invulling van de rol, dan moet – zowel bij nominatie als bij kandidaatstelling – de OR niet te lang blijven doormodderen en de knoop uiteindelijk doorhakken en de betreffende persoon uit zijn rol zetten. Het maakt dan wel degelijk uit hoe de betreffende persoon is aangesteld. Heeft de persoon zichzelf kandidaat gesteld, dan is het risico op persoonlijke schade en gezichtsverlies zeker aanwezig. Ook bij nominatie is dit geen pijnloze zaak, maar de teneur is dan meer een ‘Jammer, bedankt voor je poging maar helaas. Het is ons niet gelukt om dit avontuur te laten slagen.’

De OR moet dan terugkomen op het besluit in het belang van het functioneren van de medezeggenschap (en daarmee ook in het belang van de medewerkers).

Veel succes met uw DB-verkiezingen!

Renato Giuseppin

Algemeen Directeur bij de avM

Schuiven naar boven